Landjepik
Het heet economische ontwikkeling maar is in feite onteigening. Landjepik in Brazilië voor de sojateelt of voor het verbouwen van gewassen voor biobrandstof.
Aan de lijst van verdreven boeren kunnen we een half miljoen Cambodjanen toevoegen die sinds het begin van deze eeuw onder dwang hun akkers hebben moeten verlaten. Kijk maar eens hier. Zelfvoorzienende boeren moeten het veld ruimen voor suikerplantages. Daarmee valt geld te verdienen, dank zij de Westerse gulzigheid. De export van Cambodjaanse suiker naar de Europese Unie verviervoudigde tussen 2012 en 2013 naar een waarde van 38 miljoen euro.
Wie gebruiken al die suiker? Welnu: Coca Cola, Pepsi, Nestlé (Nuts, Kit Kat), Associated British Food (Patak’s, Twinings) en General Mills (Häagen-Dasz, Bugles), om een paar bedrijven te noemen.
Een aantal van deze ondernemingen zegt ervoor te zorgen dat hun leveranciers geen landroof plegen. Ook de lokale Koh Kong Sugar Industry Company, verantwoordelijk voorde exploitatie, zal zeggen dat de boeren naar behoren gecompenseerd worden. Maar de Koh Kong Sugar Industry Company speelt met plaatselijke autoriteiten onder één hoedje en beschikt over een actief privélegertje.
Zo lang het Westen voor zijn levensstijl blijft graaien in de natuurlijke hulpbronnen van andere landen worden sommigen daar rijk, maar heel veel meer mensen armer. Om die uitbuiting te keren moeten rijke landen hun vraag naar grondstoffen van elders stopzetten. En die vraaguitval is alleen te bereiken door sterke vermindering van het aantal consumenten.